De opmars van koffie als gezondheidsbevorderaar

De tijd dat aan koffie zowel voor- als nadelen werden toegeschreven, lijkt goeddeels voorbij. Althans, wanneer we afgaan op recente publicaties waarin het genotmiddel vrijwel uitsluitend aan gezondheidswinst wordt gekoppeld. En is dat ook te danken aan de bekendste component, cafeïne?
 
De voordelen van koffie werden recentelijk aannemelijk gemaakt voor prostaatkanker1, waarbij een langere overleving werd vastgesteld onder patiënten met een bepaald genotype. Bij baarmoederkanker2 werd een lager risico door koffie gevonden, vooral onder vrouwen met een hoge BMI. Een ander voorbeeld is diabetes3. Geconcludeerd werd tot een verlaagde kans voor vrouwen die eerder zwangerschapsdiabetes hadden gehad.

Het duidelijkst komen de voordelen tot uiting in een analyse4 van de koffieconsumptie bij 395.539 personen van wie de gegevens tussen 2006 en 2010 werden verzameld voor de Britse Biobank. In aanmerking genomen werden 496 gezondheidsproblemen, waarvan het verband werd onderzocht met de hoeveelheid geconsumeerde koffie. Een lage inname werd gedefinieerd als minder dan één kop per dag, gemiddeld was één tot drie koppen en van een hoge inname was sprake bij vier of meer koppen per dag.

Na een gemiddelde follow-up van 11,8 jaar werd voor dertig gezondheidsproblemen een negatief verband gevonden met een hoge koffieconsumptie. Bij vrouwen was dat verband wat sterker dan bij mannen. De gunstige invloed betrof vooral  cardiometabole  en maag-darmproblemen, (bij vrouwen) oestrogeen-gerelateerde en (bij mannen) alcoholgerelateerde aandoeningen. Voor elf gezondheidsproblemen werd een lineaire dosis-responsrelatie gevonden; voor de negentien andere was het verband niet-lineair, statistisch in de vorm van een U-curve.

De gunstige effecten waren veel groter voor koffie met cafeïne dan voor decaf. Onderzoek waarin ook andere cafeïnebronnen (zoals thee) worden meegenomen, moet uitwijzen of deze effecten te danken zijn aan de antioxidatieve, anti-inflammatoire en tumorremmende eigenschappen van cafeïne. Want mogelijk spelen ook andere koffiecomponenten (chlorogeenzuur, flavonoïden) daarbij een rol. Die laatste suggestie gaat bijvoorbeeld uit van een afzonderlijke studie naar de relatie tussen koffie en hart- en vaatziekten.5 De gunstige effecten zijn daarbij overtuigender voor koffie zónder cafeïne.
 
Verschenen in de nieuwsbrief van 7 december 2022  PLATFORM VOOR VOEDINGSGENEESKUNDE 

bron

Auteur
Ton Geurtsen
Referentie(s)
1 Gregg JR, Kim J, Logothetis C, et al. Coffee Intake, Caffeine Metabolism Genotype, and Survival Among Men with Prostate Cancer. Eur Urol Oncol. 2022 Aug 20:S2588-9311(22)00138-9.

2 Crous-Bou M, Du M, Gunter MJ, et al. Coffee consumption and risk of endometrial cancer: a pooled analysis of individual participant data in the Epidemiology of Endometrial Cancer Consortium (E2C2). Am J Clin Nutr. 2022 Aug 30;116(5):1219–28.

3 Yang J, Tobias DK, Li S, et al. Habitual coffee consumption and subsequent risk of type 2 diabetes in individuals with a history of gestational diabetes - a prospective study. Am J Clin Nutr. 2022 Nov 14:nqac241.

4 Hou C, Zeng Y, Chen W, et al. Medical conditions associated with coffee consumption: Disease-trajectory and comorbidity network analyses of a prospective cohort study in UK Biobank. Am J Clin Nutr. 2022 Sep 2;116(3):730-740.

5 Chieng D, Canovas R, Segan L, et al. The impact of coffee subtypes on incident cardiovascular disease, arrhythmias, and mortality: long-term outcomes from the UK Biobank. Eur J Prev Cardiol. 2022 Sep 27:zwac189.
  

Origineel weergeven